Roman. In Zwarte bladeren stelt Maja Wolny lastige vragen over het Polen van toen en nu.
Zwarte bladeren, de derde roman van de Pools-Belgische schrijfster Maja Wolny, is een beklijvend verhaal over een van de grote trauma's van het moderne Europa: het antisemitisme en de verwerking van zeventig jaar oude oorlogsgruwel.
Maja Wolny, doctor in de Poolse filologie, werkte geruime tijd als journaliste bij het Poolse weekblad Polityka, volgde haar hart richting België en richtte in Gent Post Viadrina op, een boekhandel die een brug wilde slaan tussen Oost- en West-Europa. Vervolgens was ze directeur van het Visserijmuseum in Koksijde. Momenteel is ze fulltime schrijfster en woont ze afwisselend in België en Polen. Hoewel ze perfect Nederlandstalig is, schrijft ze haar boeken in haar moedertaal. Zwarte bladeren is haar eerste roman die ook in het Nederlands verschijnt.
Het boek volgt twee sporen, die aanvankelijk niets met elkaar te maken lijken te hebben. In Kielce, Wolny's geboortestad in het zuidoosten van Polen,…Lees verder
Zwarte bladeren, de derde roman van de Pools-Belgische schrijfster Maja Wolny, is een beklijvend verhaal over een van de grote trauma's van het moderne Europa: het antisemitisme en de verwerking van zeventig jaar oude oorlogsgruwel.
Maja Wolny, doctor in de Poolse filologie, werkte geruime tijd als journaliste bij het Poolse weekblad Polityka, volgde haar hart richting België en richtte in Gent Post Viadrina op, een boekhandel die een brug wilde slaan tussen Oost- en West-Europa. Vervolgens was ze directeur van het Visserijmuseum in Koksijde. Momenteel is ze fulltime schrijfster en woont ze afwisselend in België en Polen. Hoewel ze perfect Nederlandstalig is, schrijft ze haar boeken in haar moedertaal. Zwarte bladeren is haar eerste roman die ook in het Nederlands verschijnt.
Het boek volgt twee sporen, die aanvankelijk niets met elkaar te maken lijken te hebben. In Kielce, Wolny's geboortestad in het zuidoosten van Polen, werden kort na de Tweede Wereldoorlog 42 Joden vermoord na de verdwijning van een achtjarige Poolse jongen. De inwoners van Kielce geloofden de roddel dat hun Joodse buren het kind hadden gedood om zijn bloed te verwerken in hun brood. Dat verhaal wordt verteld aan de hand van het leven van de Belgisch-Poolse fotografe Julia Pirotte, die de moord in Kielce enkele dagen na de feiten documenteerde. Parallel volgen we enkele bloedstollende dagen in het leven van Weronika, wier dochter Laura in 2011 op mysterieuze wijze verdween.
Julia's zoektocht en de slachting van Kielce zijn waargebeurd, het verhaal errond is verzonnen. De twee verhaallijnen raken steeds meer met elkaar verknoopt. Historische waarheid, emotionele suspense en erotiek wisselen elkaar af en leiden naar een verrassende ontknoping, die de lezer veel stof tot nadenken geeft over eeuwenoude thema's als schuld en vergeving.
Groot(s) land
Polen is het gekwelde middenrif van ons continent. Het land ontstond op de oever van een grote Europese rivier. Het was ooit een gevierd koninkrijk. In de zeventiende eeuw vormde het samen met Litouwen het grootste land van Europa, maar het werd later verscheurd door hongerige buurstaten. Het verdween in de negentiende eeuw van de kaart. Na de Eerste Wereldoorlog werd het opnieuw gesticht, maar kort daarna opgevreten door Hitler en Stalin. De Polen - dat moge duidelijk zijn - zijn een getormenteerd volk; geen enkele Poolse schrijver ontkomt aan die erflast. Bovendien is Polen sinds de middeleeuwen een land met een aanzienlijke Joodse populatie. Tegen deze historische achtergrond speelt Zwarte bladeren zich af, en de auteur slaagt erin om alle lagen van haar verhaal begrijpelijk en invoelend te beschrijven.
Dit boek heeft een missie, al wordt het nooit met zoveel woorden gezegd: vergeet het verleden niet, ga de confrontatie ermee aan, kijk niet weg, maar gebruik het niet voor om het even welke doel. In het huidige Polen is een alarmerende vorm van politieke recuperatie bezig; het ultraconservatieve politieke beleid huldigt xenofobie, antisemitisme, racisme, anti-intellectualisme en nationalistisch extremisme. Aan de basis ligt wat Maja Wolny noemt een 'verwrongen idealisme'. Ook dit komt in dit boek op een genuanceerde manier aan bod. Het hedendaagse personage Weronika vat de Poolse mentaliteit als volgt samen: 'We wachten er al zo lang op dat de haat en de achterdocht die in ons, gewone mensen, gezaaid zijn door jaren van oorlog en communisme, eindelijk zullen uitsterven. Dit zich over verschillende generaties heen zich uitstrekkende gebrek aan waardigheid, geld en vrijheid heeft van ons een afgunstig volk gemaakt, dat zich tegelijkertijd voor die afgunst schaamt. We maskeren dat met diverse theorieën, met geloof, traditie, met een superioriteitsgevoel, met de Sarmatische roem, de snorren van het legioen en God weet wat nog.' Ze voegt eraan toe - en het is aannemelijk dat ze hier de stem van de auteur vertolkt: 'Ik geloof nog onverminderd sterk in een veranderende generatie.'
Zwarte bladeren is een urgent en rijp boek vol emotionele spanning en genuanceerde wijsheid, en ook vol lastige vragen. Wat is echt en wat is vermoeden? Hoe moet een mens verder leven na een catastrofe in de eigen familie? Hoe kan de kennis van het verleden ons helpen om de toekomst tegemoet te gaan?
De Poolse literatuur staat erom bekend graag grote morele vragen te stellen. Zwarte bladeren past in deze traditie: het is tegelijk geladen en licht, gekweld en helder. Als we de toekomst van Europa au sérieux nemen en als we een relevant antwoord willen op onze morele desoriëntatie, dan biedt dit boek een les in subtiel denken.
Vertaald door Steven Lepez, De Bezige Bij, 256 blz., 19,99 € (e-boek 12,99 €).
Verberg tekst