Schamps kleurenparadijzen
Prentenboeken kampen nog te vaak met het vooroordeel dat ze alleen geschikt zouden zijn voor de jongste lezers. Volwassenen gaan echter vaak even hard op in de kleurige en ontroerende fantasiewerelden van illustratoren als de jonge Tom Schamp. Schamp is niet alleen illustrator uit passie, maar ook uit noodzaak; zo blijkt uit zijn recentste publicaties, De buidelbaby (met een tekst van Elisabeth Brami), en Carnavalfabet, een samenwerking met Ghislaine Romain. Beide boeken zijn ware kleurenparadijzen waarin Schamps leidmotieven (zoals een pennenvlinder of hartvormige bloemharten) frappant en elegant aanwezig zijn.
In De buidelbaby geeft de illustrator letterlijk vleugels aan de tekst van Brami. In dat boek spelen dieren een hoofdrol. Meneer en mevrouw Kangoeroe "leefden al heel lang heel gelukkig samen. Ze hoopten op een baby, maar de buidel van mevrouw Kangoeroe bleef leeg. Ze besloten een dokter te raadplegen." Ondertussen heb je door slechts enkele uit…
Lees verder
Schamps kleurenparadijzen
Prentenboeken kampen nog te vaak met het vooroordeel dat ze alleen geschikt zouden zijn voor de jongste lezers. Volwassenen gaan echter vaak even hard op in de kleurige en ontroerende fantasiewerelden van illustratoren als de jonge Tom Schamp. Schamp is niet alleen illustrator uit passie, maar ook uit noodzaak; zo blijkt uit zijn recentste publicaties, De buidelbaby (met een tekst van Elisabeth Brami), en Carnavalfabet, een samenwerking met Ghislaine Romain. Beide boeken zijn ware kleurenparadijzen waarin Schamps leidmotieven (zoals een pennenvlinder of hartvormige bloemharten) frappant en elegant aanwezig zijn.
In De buidelbaby geeft de illustrator letterlijk vleugels aan de tekst van Brami. In dat boek spelen dieren een hoofdrol. Meneer en mevrouw Kangoeroe "leefden al heel lang heel gelukkig samen. Ze hoopten op een baby, maar de buidel van mevrouw Kangoeroe bleef leeg. Ze besloten een dokter te raadplegen." Ondertussen heb je door slechts enkele uitgekiende tekeningen van Schamp kennisgemaakt met hun hele levensverhaal, van hun ontmoeting aan de universiteit, tot hun trouwpartij en huwelijksreis. Dit gebeurt door middel van een getekend fotoalbum waarin je de verschillende belangrijke gebeurtenissen kan herkennen.
De dokter heeft het kangoeroekoppel echter weinig goeds te vertellen: de buidel van mevrouw Kangoeroe is te krap om ooit een baby in te dragen. Haar hart breekt en Meneer Kangoeroe is woedend en verlaat in een furie zijn vrouw. Hun dierenvrienden trachten eerst troost te brengen door hun eigen huisjes aan te bieden: "Slak was bereid haar huis uit te lenen, maar het huis was te breekbaar. Eekhoorn bood zijn hol aan, maar het hol was te nauw. Haas wou zijn warme leger geven, maar het leger was te diep. Vlinder gaf haar cocon, maar de cocon was te klein. Ekster wou haar nest afstaan, maar het nest was te hoog." Uiteindelijk komen de dieren op een lumineus idee: ze willen een buidel maken die groot genoeg is voor Mevrouw Kangoeroe om daarna een baby voor haar te zoeken. Zo geschiedt en mevrouw en meneer Kangoeroe vinden elkaar terug in hun liefde én in het buidelplan en zo lukt het om een gelukkig gezin te stichten. Meer zelfs: samen met hun gezin richten ze een fabriek op voor babybuidels. "De meeste mama's dragen hun baby tot die geboren wordt, maar papa's willen dat gevoel graag delen. Zo gauw de baby er is, willen zij die op hun beurt op hun buik dicht bij hun hart dragen. Daarom opende meneer Kangoeroe een fabriek waar dag en nacht buidels werden gemaakt. En mevrouw Kangoeroe begon tussen het voeden en verschonen door een boek te schrijven: Buidelbaby's zijn altijd dichtbij. Het werd een bestseller"
De verrassende manier waarop Schamp de woorden niet alleen illustreert maar ook 'getekende werelden' creëert, komt nog meer tot uiting in Carnavalfabet. Ghislaine Roman heeft een leidraad van woorden geweven waar Schamp zijn fantasieën op kan botvieren. Net als bij De Buidelbaby - waarin de eerste twee bladzijden betekenisvol grijs zijn, terwijl de laatste bladzijden een babyroze tint hebben - dragen ook de eerste en laatste bladzijden van Carnavalfabet een subtiele betekenis in zich. Ze refereren nl. aan een fantasiestad die zich opmaakt voor een carnavalstoet of indommelt erna. Door de duisternis waarin allerlei vreemde figuren en machinerieën tot leven lijken te komen, is de sfeer van Fritz Langs film 'Metropolis' niet ver weg.
Wanneer de stoet aanvangt, lezen we: "De A begint de stoet zoals het moet met een lach. Door zijn bolle maag volgt de B nogal traag. Achter hem slingert gemaskerd de C en - hé, wie loopt mee met die dekselse D?" En zo gaat het door met bv. de M, die weer eens verliefd is, of de R, die arrogant als een prins voorbij schrijdt, en ten slotte de Z, die altijd als laatste komt. Met smeuïge gouache in speelse kleuren én figuren verbeeldt Schamp de werelden die de letters bij hem oproepen. Daarbij schuwt hij zelfs autobiografische wenken niet, zoals de getekende associaties die hij bij de T of de M maakt. Elke letter vormt voor Schamp de aanleiding om een van kleurenpalet perfect uitgebalanceerde fantasiewereld te creëren. Naast de steeds terugkerende pennenvlinder en bloemetjes, paraderen zowel zebra's en Zorro's als dieven, broodjes kipfilet, Chinese thee en piratenhoeden in dit Carnavalfabet. Stuk voor stuk gaat het om even guitige als rake associaties bij de letters.
Het boek is een knotsgekke kennismaking met het alfabet en een fantastisch kijkavontuur. Tom Schamp weet de complexiteit van leven en liefde op een even kleurrijke, ingenieuze, heldere als fantasierijke manier te verbeelden. Hij denkt al tekenend en zijn tekeningen zetten aan tot bijzondere denkavonturen. [Els Van Steenberghe]
Verberg tekst